ONA

Het doel van het examen Oriëntatie op de Nederlandse Arbeidsmarkt (ONA) is dat je inzicht krijgt in hoe je in Nederland werk kunt vinden dat bij jou past en hoe je dit werk kunt behouden op de lange termijn.
Het volledige ONA-traject bestaat uit drie delen: de voorbereidende fase, het portfolio en 64 uur cursus óf het eindgesprek met DUO.

Hieronder leggen we per deel uit wat je kunt verwachten. Als je nog weinig ervaring hebt met de Nederlandse arbeidsmarkt, kan het veel tijd kosten om je erin te verdiepen. Houd er dus rekening mee dat jouw volledige ONA-traject een paar maanden kan duren.
Houd er rekening mee dat jouw volledige ONA-traject een paar maanden kan duren.

Voorbereidende fase: heel belangrijk
De Nederlandse overheid wil dat mensen die nieuw zijn in Nederland snel aan het werk gaan en dat ze hun baan voor langere tijd behouden. Dit is de reden dat ONA sinds 2015 een onderdeel is van het inburgeringsexamen. De overheid ziet ONA als een middel waarmee nieuwkomers sneller en makkelijker toegang krijgen tot werk. Dat heeft als gevolg dat er bij de beoordeling van ONA-examens streng wordt gekeken naar hoe actief en serieus de kandidaat zich heeft verdiept in de arbeidsmarkt en baanmogelijkheden.
Daarom benadrukken we dat de voorbereidende fase heel belangrijk is bij ONA. In deze fase ga je op zoek naar het antwoord op vragen zoals ‘Wie ben ik?’, ‘Wat kan ik?’ en ‘Hoe bereik ik mijn doel (als het om werk gaat)?’. Ook verzamelt je in deze periode bewijsdocumenten, zoals diploma’s, een diplomawaardering, een sollicitatiebrief en een cv.
 
ONA-cursus volgen
Een cursus volgen is een goede manier om jezelf voor te bereiden op het ONA-examen. In de cursus ga je samen met de docent en andere cursisten nadenken en praten over jouw gewenste beroep en de mogelijkheden op de Nederlandse arbeidsmarkt. Er is nog een belangrijk voordeel van het volgen van een ONA-cursus: als je minimaal 64 uur cursus hebt gevolgd, hoef je geen eindgesprek te voeren met DUO. Het is dan iets makkelijker om te slagen voor het ONA-examen. 

Het portfolio
Om te bewijzen dat jij je actief en serieus hebt verdiept in de arbeidsmarkt en jouw werkmogelijkheden, moet je voor het ONA-examen een portfolio maken. Dit portfolio bestaat uit 8 resultaatkaarten en bewijsdocumenten die laten zien wat je hebt gedaan als voorbereiding. De resultaatkaarten zijn formulieren waarop je beschrijft wat jij hebt gevonden over jouw gewenste beroep, de Nederlandse arbeidsmarkt en jouw capaciteiten.
 
De basis van het portfolio: jouw gewenste beroep
De vraag die de basis vormt voor jouw ONA-portfolio is: ‘Wat is jouw gewenste beroep?’. Dit lijkt een makkelijke vraag, maar het is belangrijk om hier goed over na te denken. Op pagina 4 van de toelichting Oriëntatie op de Nederlandse Arbeidsmarkt staat uitleg over hoe jij jouw gewenste beroep kiest. Soms komt je er in de loop van de tijd achter dat er geen vacatures zijn voor jouw gewenste beroep, of dat je eerst een opleiding moet volgen om dit beroep te kunnen doen. Het is in dat geval soms beter om een ander gewenst beroep te kiezen en opnieuw te beginnen.
 
Volgorde van resultaatkaarten
Wanneer je bezig bent met jouw oriëntatie gebruik je de resultaatkaarten om uit te zoeken wat voor werk jij zou willen en kunnen doen, en hoe je dat kunt bereiken. De resultaatkaarten zijn genummerd van 1 tot en met 8. Dit betekent niet dat je de kaarten in die volgorde moet lezen. Soms kan het zelfs beter werken om een andere volgorde te kiezen. Ad Bakker stelt in zijn boek Werken in Nederland de volgende volgorde voor:
 
Resultaatkaart 1: Beroepenoriëntatie
Resultaatkaart 6: Netwerk opbouwen
Resultaatkaart 2: Realistisch beroepsbeeld
Resultaatkaart 3: Je eigenschappen kennen
Resultaatkaart 5: Beroepscompetenties
Resultaatkaart 4: Beroepskansen
Resultaatkaart 7: Werk vinden
Resultaatkaart 8: Werkcultuur

Inschrijven voor de cursus ONA